Ik raak de bal helemaal
verkeerd….hij gaat wel drie meter naast en twee meter over mijn vriend Paul heen maar wat veel erger is, de bal rolt met een rotvaart in de richting van de
Rotte. Er staat gelukkig een ouwe lul aan
de waterkant; ik gillen…… dat ie de bal moet tegenhouden maar hij is òf
stokdoof òf hij doet net alsof.….de bal schiet het water in en is gelijk zó ver
weg dat we er helemaal niet meer bij kunnen.
Zo! U bent niet zo weinig
doof meneer!..Wij schreeuwen….of u effe onze bal wou tegen houden maar geen enkele
reactie……en we gilden niet zo’n klein beetje hard ……de zwanen schrokken zich zelfs
de pleuris.
Sorry hoor jongens , ik
ben he-le-maal niet doof, ik heb jullie prima gehoord maar ik kan nu eenmaal niet alles tegelijk. Ik ben nu bezig
met mijn fototoestel en met die zwanen, daar heb ik het al druk genoeg mee! Door
jullie gegil zijn de zwanen onrustig geworden en verder weg gezwommen….jullie
worden bedankt!
Die vent staat te
klootzakken met z’n fototoestelletje…. hij probeert vast een mooi portretje te
maken van die zwanenfamilie. Twee grote en twee kleine zwanen. Die grote zullen
wel vader en moeder zijn; ik weet trouwens totaal niet hoe je bij zwanen kan
zien wie nou het mannetje en wie het vrouwtje is.
‘Weet jij dat, Paul,’
‘Neen, zegt Paul ik heb
nog nooit een zwaan met een pikkie gezien, jij?......trouwens ook nog nooit een
zwaan met kutje maar die zie je meestal toch nooit zo duidelijk bij
vogels…..bij vogels zijn de mannetjes meestal mooier dan de vrouwtjes, heb ik
wel es gehoord…….. deze zwanen zijn allebei even lelijk ……….nee hoor, grapje ik
bedoel: even mooi!’
‘Godverdomme, die bal drijft steeds verder af, Peter. Zal ik
er even induiken?’
‘Beter van niet, jongens,
met die zwanen. Zwanen met jongen kunnen heel gemeen zijn. Ze slaan je zo een
hersenschudding,’ zegt die fotograaf. Meneer hoort ineens alles.
‘Jezus Christus, hoe
moeten we onze bal dan in ’s hemelsnaam terug krijgen?’
Ik vroeg hèm helemaal niks
maar die ouwe geeft wel weer antwoord:
‘Omlopen via de brug naar
de overkant, de bal is over 10 minuten aan de overkant, dan kan je hem zo uit het
water oppakken.’
‘U heeft wel heel goeie
ideeën meneer……… maar ehhh…….het is twintig minuten lopen om daar te komen.’
‘Ik heb die bal toch zeker
niet in het water getrapt, jongeman? Als je dat er niet voor over hebt dan moet
je ook niet zeuren; dan laat je die bal drijven en ga je lekker wat anders doen
dan voetballen.’
‘Zullen we eerst eens kijken
of we de bal met een van die takken hier naar de kant kunnen krijgen, Paul.’
‘Neen, dat lukt tòch niet…..die
takken zijn allemaal veel te kort. Weet je wat. Peter, ik breek zo’n superlange
tak van die boom af. Daarmee moet het wèl lukken.’
‘Als je dat maar uit je
hoofd laat, jongeman want als je dat doet dan breek ik persoonlijk ook wat bij
jou af ……. dan sta ik niet meer voor mezelf in…... Oh neen! Jullie gaan hier
geen bomen verruïneren om een balletje uit het water te vissen omdat je te lui bent om
een half uurtje om te lopen. Zonder
bomen kunnen we niet leven, hoor je, en er zijn er hier in de omgeving toch al
zo weinig.’
Wij zijn zijn flink geïntimideerd
door de grote bek van die ouwe lul maar we weten nog
wel een andere manier om een bal hier naar de kant te krijgen: steentjes achter
de bal gooien zodat ie weer deze kant op komt drijven.
Dat wordt geen succes: de
stenen komen naast, voor of op de bal terecht maar zelden er net achter. Zelfs die arme zwanen krijgen steentjes op
hun koppies en moeten nu een beter heenkomen zoeken.
‘Hé, nou kappen hè met
het mishandelen van die beesten. Jullie jagen
die zwanen de stuipen op het lijf. Bovendien maken jullie het voor mij
onmogelijk om hier een mooi plaatje te schieten.’
‘Pffffffff wat een
zeikerd; kom op, dan gaan we lopen naar
de andere kant.’
Als we na bijna drie
kwartier weer terug zijn met bal, staat de man nog steeds te jojoën met zijn fototoestel, de zwanen
zijn inmiddels wel weer terug op hun oude stekkie. Waarschijnlijk is het hem nu
gelukt om een mooie foto te maken want hij stopt het toestel weg.
‘Zo hebben jullie de bal
weer,’ zegt die ouwe ‘….kom….ik trap wel even een balletje met jullie mee’, o
wat klinkt meneer nu ineens vrolijk, ‘schiet die bal eens naar mij……….., dan
zal ik jullie eens wat laten zien…..’.
‘Dacht het niet hè?! Als u ons nou een beetje geholpen had,’ zeg ik en steek mijn
middelvinger naar de man op.
‘Rot nou maar op, pedo,’
zegt Paul schmierend.
Ternauwernood kan de man zijn
woede onderdrukken en druipt af.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten