donderdag 25 februari 2016

~HOOIZOLDER

Rob was er al. Dat had ik goed aangevoeld. Ik hoorde hem kraaien van plezier. Het geluid kwam van de hooizolder. Hij was een soort kussengevecht aan het doen maar dan met strobalen. Twee kleine Grollemansjes, jongens van7 en 8 jaar deden mee en Tonia het oudste kind (16)  van Grollemans ook. Rob was in korte broek en ontbloot bovenlijf, net als die kleine ventjes. Alleen Tonia was nog geheel in de kleren.
‘Hé, Rob’ riep ik naar boven, ‘dat heb je snel gedaan! Je was er nog eerder dan ik!’
Rob stopte onmiddellijk met het spel liep naar Tonia toe pakte haar beet, tilde haar een klein stukje op en kuste haar op haar neus. Toen kwam hij van de zolder naar me toe om me met een stevige hug te verwelkomen.
Rob zei dat hij het laatste stukje van Deventer naar Nieuw Heeten niet met de bus was gegaan maar was gaan liften. Dat scheelde anderhalf uur! Hij had alleen een heel vervelende lift. Op zich een leuke chauffeur, Peter heette die, prima auto ook maar ik moest op de achterbank gaan zitten naast een Duitse herder. Naast de chauffeur zitten ging niet, omdat op die stoel een grote vogelkooi stond met een papagaai, die onophoudelijk ‘opzij klootzak!’ riep.
Die Duitse herder was duidelijk blij met mij. Ik niet zo met hem. Met zijn natte neus besnuffelde hij vreugdevol alle nieuwe geuren, die met mij de auto in waren gekomen. Het beest snuffelde voor en achter me langs en probeerde ook nog met zijn neus onder mijn schoenen te komen. Ik was ondertussen kotsmisselijk van die oude benauwde bijna verstikkende lijfgeur van het op zich heel goedmoedige dier.
Peter zei: ‘Als je last hebt van Wodan, dan moet je hem maar een zet geven, hoor Rob.’
‘Ik ben hier nou een half uurtje … wat was ik blij dat ik uit die auto kon stappen.’

Rob zei dat hij inmiddels kennis had gemaakt met boer en boerin Grollemans en drie van de zes kinderen.  Rob vond Tonia wel een lekker ding en ik wist dat wanneer hij zoiets zei, hij vrijwel zeker zou proberen haar te ‘pakken’, zo was hij nu eenmaal.

De Grollemansjes begroetten me hartelijk maar maakten me meteen wel duidelijk dat er in de woning geen plaats was voor twee gasten. Er was maar één logeerbed. Van het boerenechtpaar mocht Rob wel blijven maar dan moest ie op de hooizolder slapen.

Rob vond dat geen enkel probleem. Hij had een slaapzak bij zich. Rob zou Rob niet zijn als hij de allereerste avond Tonia niet had weten te verleiden bij hem op de hooizolder te komen.  Tonia had een zak engels drop mee naar boven genomen en die hadden Rob en zij samen lekker liggen oppeuzelen en ze hadden gezellig met elkaar gepraat over scheldende  papaaien en snuffelende honden. Toen de zak engels drop bijna leeg was gaf ze een kusje op Rob zijn voorhoofd wenste hem welterusten en ging slapen in haar eigen bed in de woning.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten